Vragen naar gebeurtenissen, welke zich in Winschoten gedurende de periode 1940-1945 hebben afgespeeld komen herhaaldelijk op. De oudere burgers kunnen hierop nu nog antwoorden geven maar dat gaat zolang door tot ze er niet meer zijn.
Met de hulp van getuigen en de documenten, die z.jn opgemaakt door diegenen, die inmiddels gestorven zijn, is geprobeerd om de vele facetten van deze oorlogsperiode voor de volgende generaties vast te leggen.
Een aantal voorvallen is typisch met Winschoten verbonden, maar landelijk getroffen maatregelen leidden ertoe, dat ook in andere Nederlandse steden soortgelijke gebeurtenissen plaats vonden.
De hele bevolking was nauw bij de ontwikkelingen betrokken; een aantal mensen probeerde anderen te helpen, waar en voor zover dat mogelijk was. Maar elke hulp werd door de Duitse instanties als vijandig beschouwd en met alle middelen bestreden. Daarbij werden zij soms geholpen door een groep medeburgers, die met hun ideeën sympathiseerde.
Dc Joodse stadsgemeenschap hield op te bestaan en veel mannen van niet-Joodse afkomst werden gedwongen om met name in Duitsland in fabrieken Of op scheepswerven te werken.
Het provinciestadje Winschoten met zijn 14.000 inwoners heeft in de tweede wereldoorlog een zware tol moeten betalen: meer dan drie procent van haar burgers heeft door toedoen van de bezetter deze periode niet overleefd. Van de meesten is zelfs het stoffelijk overschot nooit teruggevonden.
Aan al deze omgekomen Winschoters en hun nabestaanden is dit boek opgedragen.