Op de weidse begraafplaats van Finsterwolde liggen negen kleine kindergraven met niet bepaald Groningse namen. Een stille getuigenis van het verblijf van ruim vierhonderd Molukse bewoners die van 1953 tot 1961 lief en leed deelden in Woonoord Carel Coenraad. In dit boekje vertelt Inge Dekker het verhaal van de Molukse kindergraven en hoe het was om op te groeien in de houten barakken van het kamp CC-polder, aan de rand van de graanrepubliek, ver weg van alles, in de leegte.